C. Lingbeek-Schalekamp, Overheid en Muziek in Holland tot 1672
In: Zeitschrift der Savigny-Stiftung für Rechtsgeschichte. Germanistische Abteilung, Band 104, Heft 1, S. 372-373
ISSN: 2304-4861
In: Zeitschrift der Savigny-Stiftung für Rechtsgeschichte. Germanistische Abteilung, Band 104, Heft 1, S. 372-373
ISSN: 2304-4861
In: ISIM Dissertations
A study of the role of music and youth culture in the identification procces of Dutch-Moroccan youth - In haar proefschrift Rhythm and Rhymes of Life: Music and Identification Processes of Dutch-Moroccan Youth legt Miriam Gazzah uit hoe identiteitsprocessen van Nederlands-Marokkaanse jeugd en muziek met elkaar samenhangen. Muziek is voor jongeren een belangrijke uitlaatklep. Nederlands-Marokkaanse jongeren gebruiken diverse muziekgenres in verschillende sociale contexten. In islamitische kringen woedt onder geleerden en gelovigen een hevig debat over de toelaatbaarheid van muziek. Tegenstanders associëren muziek met immoreel gedrag, zoals alcoholgebruik en onwettige relaties tussen mannen en vrouwen. Gazzah laat zien hoe jongeren zich in dit debat positioneren.
The institutional context for the preservation of popular music-related heritage in the Netherlands has in recent years changed dramatically. On the one hand, this is related to major cuts in government support for all kinds of culture-related initiatives (OCW, 2011) On the other hand, it reflects a shift in priorities and a redistribution of functions across the institutional landscape. In the field of music, this has resulted in the closure in early 2013 of dedicated institutions such as the Muziek Centrum Nederland (Music Centre Netherlands) and the Nederlands Muziek Instituut (Dutch Music Institute) and the fragmentation of their collections across a number of institutions, including the Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid (Netherlands Institute for Sound and Vision) and the University of Amsterdam.
BASE
Ton de Leeuw (1926-96) is probably one of the most influential composers at the crossroads between Eastern philosophy and Western technique. A one-time pupil of Olivier Messiaen's in Paris, throughout the latter years of his musical career he concentrated on the marriage of Western emphasis on action and tension, and the ethical function of music in Eastern traditions. The musical world of the twentieth century is a divided one. Numerous histories of it have been written, but few of the exceptional quality of de Leeuw's, who brought into his writing a lifetime of experience as a composer and scholar of music. His work is a lucid and impassioned discussion of the elements, structures, compositional principles and terminologies in modern music that can be regarded as most innovatory. This book is an excellent guide for anyone wishing to gain knowledge of the compositional technique and mentality, particularly university and conservatory students. - Aan de hand van voorbeelden van invloedrijke twintigste eeuwse componisten, onderzoekt Ton de Leeuw de fundamentele muzikale elementen zoals ritme, melodie, samenklank en timbre. Deze heldere analyse verschaft een breder inzicht in concepten die nooit tevoren systematisch onderzocht waren, waarbij nieuwe terminologie en definities geintroduceerd worden. Dit boek verschaft docenten, studenten en allen die betrokken zijn bij hedendaagse muziek geen historische maar een analytische benadering van twintigste eeuwse muziek. Het weerspiegelt Ton de Leeuw's diepe inzicht in het compositieproces. Aan de hand van voorbeelden van invloedrijke componisten zoals Strawinsky, Schönberg en Bartok onderzoekt de auteur de fundamentele muzikale elementen ritme, melodie, samenklank en timbre. Ook exotiek en folklore, vrije atonaliteit, dodecafonie en de periode tot 1991 komen aan bod. Door formulering van een nieuwe terminologie en definities wordt een breder inzicht verkregen in concepten die nooit tevoren systematisch onderzocht waren.
Music and media in the Arab world and music and media in the Arab world as music and media in the Arab world : a metadiscourse /Michael Frishkopf --A history of music and singing on Egyptian radio and television /Zein Nassar --Arabic music videos and their implications for Arab music and media /Moataz Abdel Aziz --Arab music and changes in the Arab media /Mounir Al Wassimi --Music and television in Lebanon /Elisabeth Cestor --Mass media and music in the Arab Persian Gulf /Laith Ulaby --Critique :Music of the streets : the story of a television program /Yasser Abdel-Latif --Analysis :What's not on Egyptian television and radio! : locating the 'popular' in Egyptian Sha'bi /James R. Grippo --Critique :Ruby and the checkered heart /Abdel-Wahab Elmessiri --Analysis :The controversy over satellite music television in contemporary Egypt /Patricia Kubala --Critique :Caliphs and clips /Tamim Al-Barghouti --Analysis :What would Sayyid Qutb say? : some reflections on video clips /Walter Armbrust --Critique :Images of women in advertisements and video clips : a case study of Sherif Sabri /Hany Darwish --Analysis :Arab video music : imagined territories and the liberation of desire (or sex lies in video (clip)) /Walid El Khachab --Critique :The biographies of starlets today : revolutions in sound and images /Wael Abdel Fattah --Analysis :Real-politics : televised talent competitions and democracy promotion in the Middle East /Katherine Meizel.
Jamming in jazz and improv theater -- Interaction and emergence: an interactional semiotics -- Group creativity and the arts -- Group creativity as mediated action -- Degrees of improvisation in group creativity -- Collective ideation: creativity, teamwork, and collaboration
In: South Asia across the disciplines
In: Brill Book Archive Part 1, ISBN: 9789004472495
In: Boekerij 'Oost en West' 8
Den Haag is de Indische hoofdstad van Nederland. Dat was al zo tijdens de koloniale periode. Verlofgangers uit Indië streken neer in de buurt rond de departementen en zorgden voor een Indische sfeer. Gebouwen, monumenten, straatnamen, buurten en kunstcollecties herinneren aan deze periode. Na de Indonesische onafhankelijkheid, toen veel Indische Nederlanders zich in de residentie vestigden, bleef Den Haag de Indische hoofdstad. De Indische cultuur wordt hier levend gehouden door de jaarlijkse Pasar Malam Besar , Stichting Het Indisch Huis, tal van Indische verenigingen en in literatuur, muziek en beeldende kunst van Indische Hagenaars. Allemaal getuigen van een bloeiende Indische cultuur en nieuwe generaties met Indische creativiteit. In deze bundel wordt in twaalf bijdragen gereflecteerd op het Indische erfgoed en de Indische cultuur in Den Haag. Aan de orde komen De Gebouwde Omgeving, De Indische Muze en De Indische Mens. Elke bijdrage geeft een fascinerend beeld van de enorm gevarieerde wisselwerking tussen het Indische en Den Haag. Dit boek maakt duidelijk hoezeer het 'artistieke en creatieve Indische' zich ook buiten de grenzen van Den Haag heeft doen gelden. Deze bundel is uitgebracht ter gelegenheid van de manifestatie De Indische Zomer ' die in 2005 in Den Haag plaatsvond
In: Brill Book Archive Part 1, ISBN: 9789004472495
In: Boekerij 'Oost en West' 8
Den Haag is de Indische hoofdstad van Nederland. Dat was al zo tijdens de koloniale periode. Verlofgangers uit Indië streken neer in de buurt rond de departementen en zorgden voor een Indische sfeer. Gebouwen, monumenten, straatnamen, buurten en kunstcollecties herinneren aan deze periode. Na de Indonesische onafhankelijkheid, toen veel Indische Nederlanders zich in de residentie vestigden, bleef Den Haag de Indische hoofdstad. De Indische cultuur wordt hier levend gehouden door de jaarlijkse Pasar Malam Besar , Stichting Het Indisch Huis, tal van Indische verenigingen en in literatuur, muziek en beeldende kunst van Indische Hagenaars. Allemaal getuigen van een bloeiende Indische cultuur en nieuwe generaties met Indische creativiteit. In deze bundel wordt in twaalf bijdragen gereflecteerd op het Indische erfgoed en de Indische cultuur in Den Haag. Aan de orde komen De Gebouwde Omgeving, De Indische Muze en De Indische Mens. Elke bijdrage geeft een fascinerend beeld van de enorm gevarieerde wisselwerking tussen het Indische en Den Haag. Dit boek maakt duidelijk hoezeer het 'artistieke en creatieve Indische' zich ook buiten de grenzen van Den Haag heeft doen gelden. Deze bundel is uitgebracht ter gelegenheid van de manifestatie De Indische Zomer ' die in 2005 in Den Haag plaatsvond
In: Wolfenbütteler Studien zur Aufklärung, Band 25
In: Technology and European History Series
Radio broadcasting may seem old-fashioned nowadays, but early radio infrastructures and programs in Europe were the real social media of their time. They laid the foundation for how we experience European unification and global interconnectedness today. This timely volume takes you on a tour through the early days of broadcasting. Rarely studied sources from international organizations reveal a wide variety of new actors, activities, and debates that jointly shaped broadcasting and society institutions. These stories often remain underexposed in histories of technology, broadcasting, and Europe. Europe - on Air illustrates how people in broadcasting were debating issues ranging from institutionalizing radio to wireless and wired network construction. This book specifically acknowledges how the rivalries were solved between various systems like Radio Luxembourg and the International Broadcasting Union, the attempts to save Europe's civilization amid the chaos of war and peace, and the creation and distribution of truly international programs as early as 1926. The people involved in these transnational broadcasting efforts had some crucial decisions to make in order to actively contribute to European unification. - Radio mag tegenwoordig een ouderwets medium lijken, het was de social media van vroeger. Radio-uitzendingen legden een basis voor Europese eenwording en zorgden voor een wereldwijde verspreiding van informatie en muziek. Europe- On Air bestudeert de begindagen van radio. Zelden onderzochte bronnen laten een verscheidenheid aan nieuwe actoren, activiteiten en debatten zien, die het medium radio vorm gaven. In Europe- On Air wordt, onder andere, aandacht besteed aan institutionalisering van radio, de vorming van een uitzendnetwerk, en aan de manier waarop verschillen tussen verschillende radiosystemen, zoals die van Radio Luxemburg en de International Broadcasting Union, werden opgelost. Ook wordt gekeken hoe radio bijdroeg aan het behoud van de Europese beschaving in en na de oorlogsjaren, en hoe in de begindagen van radio de allereerste echte internationale programma's tot stand kwamen.
In: De Gruyter studies in organization 76
Part I. Towards a theory of political mobilization -- part II. Investing in popular music : the opportunities for campaigning -- part III. Designing and composing protest simulacra : the campaign events and artifacts -- part IV. Understanding and explaining mobilization : campaign strategies and organized collective action -- part V. The globalization of collective action : international campaigns in context.
Following the formation of the German National Socialist Party in the 1920s, various forms of sound (popular music, voice, noise and silence) and media technology (radio and loudspeaker systems) were configured as useful to the party's political programme. Focusing on the urban "soundscape" of Düsseldorf, the author makes a persuasive case for investigating such sound events and technological devices in their specific contexts of production and reception. Nazi Soundscapes identifies strategies for controlling space and reworking identity patterns, but also the ongoing difficulties in manipulating mediated sounds and the spaces of listening reception, whether in the home, workplace, the cinema, public rituals or with wartime siren systems. The study revises visualist notions of social control, and reveals the disciplinary functions of listening (as eavesdropping) as well as the sonic dimensions to exclusion and violence during Nazism. An essential title for everyone interested in the links between German political culture, audiovisual media and urban history, Nazi Soundscapes provides a fascinating analysis of the cultural significance of sound between the 1920s and early 1940s. Click "http://soundclips.humanities.uva.nl/">here for the sound clips discussed in the book. - Na de formatie van de NSDAP in de jaren '20 werden verschillende vormen van geluid (stem, ruis, stilte, populaire muziek) en mediatechnologieën (radio- en luidsprekersystemen) ingezet voor hun politieke programma. Vanuit de historisch invalshoek van het stedelijke 'soundscape' van Düsseldorf, onderzoekt de auteur de productie en receptie van deze geluiden en technologieën. Nazi Soundscapes brengt in kaart hoe het politieke bestel de stedelijke ruimte en identiteitsformatie van burgers door middel van geluid beïnvloedt. Het geeft een kritisch perspectief op zowel visuele als auditieve manieren van controle en discipline, in het bijzonder bij uitsluiting en geweld tijdens het nationaal-socialisme (1933-1945). Nazi Soundscapes geeft een fascinerende kijk op de culturele betekenis van geluid tussen de jaren twintig en veertig. Een essentieel boek voor lezers met een interesse in de Duitse politieke cultuur, moderne media en stedelijke geschiedenis. Luister "http://soundclips.humanities.uva.nl/">hier naar de geluidsfragmenten die in het boek worden besproken.
In: De Gruyter studies in organization, 76
In: Brouwer , H 2020 , ' Desert, Luck, and Justice ' , Doctor of Philosophy , Tilburg University , S.l. .
Verdienste, toeval, en rechtvaardigheid Pleidooi voor de herwaardering van verdienste Gebaseerd op: http://www.theyoungphilosophers.org/interview/huub-brouwer-1989/. Met de publicatie van Een theorie van rechtvaardigheid (1971) van John Rawls verdween het begrip 'verdienste' naar de marges van de filosofie. Daarmee ging een belangrijk instrument verloren om de sociale waarde van onder andere – onbetaalde – zorg voor ouderen, schilderkunst of muziek te beoordelen en daar de juiste beloning tegenover te zetten. In mijn proefschrift pleit ik daarom voor een herwaardering van verdienste. In filosofische discussies over een rechtvaardige verdeling van inkomen en vermogen speelt verdienste nauwelijks een rol. Dat vind ik intrigerend. Uit onderzoek blijkt dat dit wel het geval is als 'gewone' mensen daarover nadenken. Ook in het huidige filosofische debat over straf speelt verdienste een centrale rol. Waarom dan niet in de discussie over verdeling van goederen? Eeuwenlang speelde verdienste overigens wél een cruciale rol in het filosofische denken over een rechtvaardige verdeling. Dat was bijvoorbeeld zo bij Plato, Gottfried Wilhelm Leibniz en John Stuart Mill. Sinds de jaren zeventig is het concept echter in diskrediet geraakt. Dat is mijns inziens in grote mate het gevolg van de kritiek van John Rawls op het begrip verdienste in zijn beroemde en invloedrijke boek Een theorie van rechtvaardigheid (1971). Door de alomtegenwoordigheid van toeval kun je volgens hem niet verdedigen dat mensen inkomen en vermogen kunnen verdienen. Hoe intelligent je bent of hoe hard je werkt, is in grote mate afhankelijk van genen en opvoeding. Dat zijn factoren waar je geen controle over hebt. Misschien kun je leren om harder te werken, maar ook het vermogen om te leren is volgens Rawls van diezelfde factoren afhankelijk. Rawls probeert in zijn rechtsvaardigheidstheorie dat toeval zo veel mogelijk uit te sluiten. Hij formuleert onder meer het zogeheten 'difference principle', het verschilprincipe: sociale en economische ongelijkheid tussen mensen is alleen te verdedigen als die betrekking heeft op posities die voor iedereen openstaan, of waar de minstbedeelden op z'n minst beter van worden. Op die manier kun je bijvoorbeeld het verschil in inkomen tussen een vakkenvuller en een CEO legitimeren. Volgens mij denken veel politici zoals toevalsegalitaristen. Neem iemand als de Franse president Macron. Hij noemt zich schatplichtig aan de sociaaldemocratie, maar in een profiel in The New Yorker (juli 2019) worden zijn denkbeelden over rechtvaardigheid geheel in lijn met het toevalsegalitarisme omschreven: verschillen in inkomen zijn gerechtvaardigd wanneer ze terug te voeren zijn op vrije keuzes. Op die manier zijn enorme inkomensverschillen goed te praten. Door verdienste in je theorie te introduceren, kun je grote inkomensverschillen niet makkelijk wegwuiven. Aan verdienste koppel ik behalve keuzevrijheid, ook de sociale waarde die een bepaalde keuze oplevert. De filosofische discussie gaat dan niet alleen over de verantwoordelijkheid voor een bepaalde keuze, zoals bij het toevalsegalitarisme. Het debat gaat ook over de vraag: wat is sociaal waardevol en wat is dat niet? Bijna iedereen vindt dat sommige mensen meer verdienen dan anderen en dat het goed is als zij krijgen wat ze verdienen. Suzanne verdient een mooi salaris omdat ze hard werkt. Rozemarijn verdient op z'n minst erkenning, omdat ze de buurvrouw uit haar brandend huis heeft gered. En Mark verdient straf omdat hij een winkeldiefstal heeft gepleegd. Wat hebben al die claims met elkaar gemeen? Ze komen er allemaal op neer dat een morele balans verstoord zou zijn als iemand niet krijgt wat hij of zij verdient. Verdienste vereist dat een handeling of eigenschap van iemand – hoe hard Suzanne werkt, hoe heldhaftig Rozemarijn is, wat voor strafbare feiten Mark pleegt – in proportie staat tot hoeveel die persoon krijgt. Met het begrip 'verdienste' kun je een nieuwe wending geven aan de maatschappelijke discussie over topsalarissen. Vaak worden die salarissen gerechtvaardigd met het argument dat die verdiend zijn, omdat iemand een uitzonderlijke prestatie heeft geleverd. Kijk naar de voormalige topman van Unilever, wiens inkomen in het jaar voor zijn aftreden 283 keer zoveel bedroeg als een doorsnee werknemer – om maar te zwijgen over de baas van de Weight Watchers bij wie die verhouding 1 op 5900 was. Volgens het principe van proportionaliteit betekent dit dat de topman van Unilever gemiddeld 283 keer harder werkt, meer talent of verantwoordelijkheid heeft. Maar die vlieger gaat niet op: als je een gemiddelde werknemer van Unilever op zijn positie zou zetten, is het onwaarschijnlijk dat die het 283 keer slechter zou doen dan de CEO!
BASE