Die folgenden Links führen aus den jeweiligen lokalen Bibliotheken zum Volltext:
Alternativ können Sie versuchen, selbst über Ihren lokalen Bibliothekskatalog auf das gewünschte Dokument zuzugreifen.
Bei Zugriffsproblemen kontaktieren Sie uns gern.
252 Ergebnisse
Sortierung:
LawDubbele nationaliteit is in Nederland de laatste jaren onderwerp van hevig debat. De Hart laat in deze historische en internationaal vergelijkende studie zien dat dergelijke debatten niet uniek zijn voor deze tijd, noch voor Nederland. Een analyse van politieke debatten in de Verenigde Staten, Duitsland en Nederland sinds 1945 leert dat er tegen een dubbele nationaliteit heel verschillend wordt aangekeken, afhankelijk van de context en de groep waarover gesproken wordt. De analyse wordt afgewisseld met interviews met immigranten, emigranten en leden van gemengde gezinnen over de soms zeer persoonlijke betekenis van dubbele nationaliteit. Aan bod komen onder meer discussies over dubbele nationaliteit van Japans-Amerikanen tijdens de Tweede Wereldoorlog, van Nederlandse emigranten in Zuid-Afrika in de jaren tachtig, en van moslims in de war on terror na 11 september 2001
In: VOR afscheidsrede
Tussen Europa en de Verenigde Staten bestaan verschillen in de mate waarin godsdienst een rol speelt in het dagelijks leven, en in de publieke sfeer. Waar Europa reeds lang het toneel is van een voortschrijdende secularisering, blijft godsdienst een wezenlijk element in de Amerikaanse politiek en cultuur. Daarom vormt de VS een levendige markt van elkaar beconcurrerende godsdienstige 'ondernemers', die voor een zeer gevarieerd aanbod zorgen. Hans Knippenberg probeert in zijn afscheidscollege dit verschil tussen Europa en de VS te verklaren aan de hand van bestaande sociaalwetenschappelijke the
Culture and institutions; Education - Creëer een substantieel extra budget Geesteswetenschappen waarop faculteiten een beroep kunnen doen op basis van een overtuigend toekomstplan. Stel een regieorgaan in dat de voorstellen toetst. Versterk de kansen op tweede geldstroomonderzoek voor geesteswetenschappers. En ontwikkel een adequate kwaliteitsbeoordeling voor hun prestaties. Dat zijn de belangrijkste aanbevelingen uit het rapport van de commissie Nationaal Plan Toekomst Geesteswetenschappen onder voorzitterschap van Job Cohen. Hij heeft het eindrapport vanmorgen overhandigd aan minister Ronald Plasterk, die een jaar geleden de opdracht gaf voor het opstellen van dit advies. Op het eerste gezicht lijken de geesteswetenschappen er in Nederland goed voor te staan. Het aantal studenten groeit, het onderzoek is hoogwaardig en er is sprake van een groeiende maatschappelijke belangstelling voor de producten van het geesteswetenschappelijk onderzoek. Deze ogenschijnlijke bloei kan niet verhullen dat zich ernstige problemen voordoen die de toekomst van de geesteswetenschappen bedreigen. Zo kon afgelopen jaren ondanks de stijging van het aantal studenten niet of nauwelijks in extra personeel worden geïnvesteerd. Een sterke verslechtering van de stafstudentratio en toenemende druk op onderzoekstijd zijn het gevolg. Ook voor het opleiden van de toekomstige generatie wetenschappers ontbreekt het aan financiële ruimte. Gevolg is dat de pool van kandidaten om de huidige generatie wetenschappelijke staf op te volgen steeds kleiner wordt, wat op termijn de kwaliteit van het hele wetenschapsgebied bedreigt. De commissie stelt voor om een deskundig en gezaghebbend regieorgaan in te stel-len. Dat beheert een speciaal budget waarop de geesteswetenschappelijke faculteiten een beroep kunnen doen met een overtuigend toekomstplan. Dat plan moet de verschillende deelproblemen (zoals versnippering van het onderwijsaanbod, geringe maatschappelijke uitstraling, lage onderwijsrendementen, betere doorstroming van jong talent in vaste wetenschappelijke rangen etc.) stevig aanpakken. Ook leverbaar in het Engels: "http://www.aup.nl/do.php?a=show_visitor_book&isbn=9789089641427">ISBN 978 90 8964 142 7
This contribution consists of two interviews with experts from the Dutch educational
publishing field. The first interviewee, Rivka Mooren, works as project
editor Higher Education at Pearson Benelux. She explains how handbooks and
digital learning platforms develop from the conceptual stage to publication. In
light of international developments in higher education publishing, Mooren
expects that the market will become fully digital, although in Europe more
slowly than in the United States. Secondly, Regine Reincke considers the larger
trends and developments in Dutch educational publishing. She works as Head
of Product for ParnasSys, an administrative system for students that is widely
used in Dutch primary schools. She arrived at this position after a career in
educational publishing. This allows her to reflect on the role of technology in the
classroom, and how it may enhance, but not replace, traditional classes and books.
In: Jaarboek Mens & Maatschappij
Goed bedoelde onderwijsveranderingen zijn vaak minder effectief dan verwacht. De samenleving heeft een stevige invloed op het functioneren van het onderwijs. Maar dit betekent niet dat het onderwijs een machteloos instituut is, want de inrichting van het onderwijs beïnvloedt ook die maatschappelijke ontwikkelingen. Zo verschillen de onderwijstrajecten van vergelijkbare tweede generatie Turkse en Marokkaanse leerlingen tussen vijf Europese steden, beïnvloedt de betrouwbaarheid van de selectie het functioneren van de arbeidsmarkt en verschilt de invloed van etnische diversiteit van scholen op verdraagzaamheid tussen verschillende landen. Goede bedoelingen in het onderwijs: kansen en missers laat zien dat goede bedoelingen in het onderwijs realiseerbaar zijn, maar ook dat ze fout kunnen uitpakken. Goede bedoelingen in het onderwijs: kansen en missers is de boekaflevering bij jaargang 86 (2011) van het sociaal-wetenschappelijk tijdschrift Mens & Maatschappij
In: VOR Kohnstammlezing
Nederland is in de ban van de canon. In zijn lezing 'Een zaak van alleman' reflecteert Van Oostrom op de stand van zaken, en vooral op de bredere implicaties waartoe het canonproces volop uitnodigt. Over het grote chiasme in het Nederlandse onderwijs van de afgelopen vijftig jaar. Over de eeuwigdurende vlam die voor het ministerie van OCW zou moeten branden. En wat leert de nationale universiteitsquiz - zoals die het afgelopen seizoen op de Nederlandse televisie was - ons? Het betoog zal uitmonden in drie ferme aanbevelingen voor de aantredende minister van OCW - en voor ons allen. De Kohnstam
In: Religious Studies, Theology and Philosophy - Book Archive pre-2000
In: Voorstudie
Media; Education - De serie 'Voorstudies en achtergronden' omvat werkstukken die in het kader van de werkzaamheden van de WRR tot stand zijn gekomen en naar zijn oordeel van zodanige kwaliteit en betekenis zijn, dat publicatie gewenst is. De verantwoordelijkheid voor de inhoud en de ingenomen standpunten berust bij de auteurs.
In: WRR rapport
Education; Political Science - Als de Wet op de onderwijsverzorging op 1 januari 1995 afloopt, moet het rijk de instituten voor toetsontwikkeling, leerplanontwikkeling en onderzoek van het onderwijs blijven financieren. Maar het aanbod moet flexibeler worden en de bestedingsvrijheid groter. De drie landelijke pedagogische centra zullen het grootste deel van hun financiering moeten verwerven op basis van de vraag van scholen. Schoolbegeleidingsdiensten worden geheel afhankelijk van opdrachten van scholen en van subsidies van gemeentelijke overheden. Scholen moeten zelf een budget voor onderwijsverzorging krijgen, zodat ze grotere bestedingsvrijheid krijgen.
Als landbouweconoom en als adviseur van LNV-ministers heeft prof.dr.ir. Gerrit Meester zich decennialang bewogen rond de scheidslijn tussen wetenschap en politiek. Bij het Landbouw-Economisch Instituut analyseerde hij het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid en rekende hij beleidsopties door. In zijn eerste baan op het ministerie van LNV voerde hij het woord in het Speciaal Landbouwcomité (CSA), het voorportaal van de Landbouwraad. Later, als Hoofd Bureau Strategische Beleidsvorming was de relatie tussen het ministerie en de samenleving een belangrijk aandachtspunt. Vanaf 2000 zat hij als adviseur landbouwpolitieke vraagstukken bij de Directie Internationale Zaken opnieuw dicht bij de ontwikkeling van het Europese en mondiale beleid. In zijn functies bij LNV stond hij als opdrachtgever en begeleider in nauw contact met het beleidsondersteunend onderzoek. Vanaf 1992 was hij tevens bijzonder hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam. Dit boek ter gelegenheid van zijn pensionering, bestaat uit 15 bijdragen over landbouw en voedselvoorziening. In het eerste deel wordt de loopbaan van Gerrit Meester geschetst. Hierin komen zes ministers aan het woord over zijn rol als adviseur en wordt een overzicht gegeven van zijn wetenschappelijke werk. Het tweede deel bevat beschouwingen op het gebied van economie en beleid. Het derde, vierde en vijfde deel weerspiegelen de verschillende schaalniveaus waarop de activiteiten van Meester betrekking hadden: nationaal, Europees en mondiaal. De 26 auteurs zijn een greep uit de grote kring van vrienden bij nationale en internationale instellingen op het gebied van wetenschappelijk onderzoek en beleid
Natuur- en milieueducatie kent een lange traditie. In dit boek brengen vier auteurs die traditie in beeld. Ze verhalen over verleden, heden en toekomst, en reflecteren op bestuur en beleid, inhoud en organisatie. Natuur- en milieueducatie veranderde maar is deels hetzelfde gebleven. Vroeger leerde je op school buiten spelen, rollen door het gras, kleine beestjes vangen, schooltuintjes harken, honing proeven, slootje springen, les krijgen van de schoolbioloog. Natuur hoorde erbij, natuur- en milieueducatie hoorde erbij. Toen en nu. Vandaag de dag is de schoolbioloog een duurzame duizendpoot. Een professional die op allerlei manieren jong en oud naar buiten brengt. Een betrokken persoon die je meer bijbrengt over natuur en milieu en helpt om een duurzame levensstijl te ontwikkelen. Iemand van wie je buiten veel leert én met wie je buiten veel plezier beleeft. Veertien ervaringsdeskundigen vertellen in dit boek over hun eigen werk. Hun verhalen schetsen een sterk verbrede beroepspraktijk. Ze dagen uit om kritisch naar het eigen werk en de eigen organisatie te kijken. De auteurs hopen met dit boek de tongen los te maken. Ze willen inspireren en intrigeren, waarbij betrokkenheid de basis vormt. 'Van schoolbioloog tot duurzame duizendpoot' draagt bouwstenen aan voor een vitale organisatie van natuur- en milieueducatie. Het boek is bedoeld voor professionals, adviseurs, bestuurders en betrokken burgers. Er wordt regelmatig geschreven over NME-projecten, of over didaktiek van de NME, maar een boek over de ontwikkeling van het gehele werkveld en de wijze waarop het werkveld zich verhoudt tot het in opkomst zijnde 'leren voor duurzaamheid' was er nog niet. Dit boek geeft een diep inzicht in de grondslagen van NME en duurzaamheidseducatie zoals die de laatste decennia zijn ontwikkeld en nog steeds evolueren. Iedereen die beroepsmatig of vrijwillig met natuur-, milieu- en duurzaamheids-educatie bezig is kan baat hebben bij het lezen van dit belangrijke boek. Maar ook opdrachtgevers en bestuurders zouden het boek kunnen gebruiken om vanuit een heldere visie sturing te geven aan NME en leren voor duurzaamheid. Prof. Dr Ir Arjen Wals, Hoogleraar Transformatief Leren voor Sociaal-ecologische Duurzaamheid/Unesco Chair, Wageningen Universiteit