Suchergebnisse

In onze samenleving vindt veel van het maatschappelijk verkeer plaats op markten, waar uitwisseling van geld, goederen en diensten plaatsvindt. Op die markten gelden altijd spelregels. Het Nederlandse vermogensrecht is onderdeel van die spelregels. Maar er zijn ook nog heel veel andere regels buiten het privaatrecht die ook gelden. Welke zijn dat? Hoe werken die andere regels uit op vermogensrechtelijke leerstukken? En hoe werkt dat vermogensrecht op zijn beurt uit op die betreffende markt? Wat is de verhouding tussen het vermogensrecht en die andere regels? Zijn sommige regels beter dan andere, en hoe bepalen we dat? Over die vragen gaat dit boek. Het laat zien dat het Nederlandse privaatrecht onlosmakelijk onderdeel uitmaakt van de juridische infrastructuur van onze marktsamenleving. Het laat ook zien dat het vermogensrecht in samenspel met specifieke publiekrechtelijke regels van marktregulering en met zelfregulering, een rechtssysteem vormt dat markten faciliteert en geleidt.0

Op 22 mei 2015 sprak prof. Willem van Boom zijn oratie uit ter gelegenheid van de aanvaarding van de leerstoel Civiel Recht te Leiden. De titel "Door meten tot weten" verwijst naar de lijfspreuk van natuurkundige Heike Kamerlingh Onnes. Diens borstbeeld met lijfspreuk staat voor het Kamerlingh Onnes gebouw, waar inmiddels de Leidse rechtenfaculteit is gevestigd. Hoe verhoudt die lijfspreuk "door meten tot weten" zich tot het werk dat wordt verricht op rechtenfaculteiten? Die vraag is niet eenvoudig te beantwoorden. Het is immers geen evidentie dat een rechtenfaculteit zich afficheert als bolwerk van exactheid. Juristen houden zich immers vooral bezig met taal, tekst, systematisering, logische argumentatie, overtuiging en een betere wereld. Zij postuleren normen, debiteren tegeltjeswijsheden, argumenteren met verwijzing naar rechtssysteem, wet, rechtspraak, literatuur; maar zelden zie je ze meten of verwijzen naar systematische waarneming. Dus wat nemen we waar als we op rechtenfaculteiten gaan meten? In zijn oratie stelt Van Boom onder meer vast dat meting uitwijst dat rechtenfaculteiten "kruispunten" van verschillende wetenschapsopvattingen zijn. Rechtswetenschap bestaat uit zoveel meer dan alleen het klassiek juridische werk. Dat gegeven heeft consequenties waar rechtswetenschappers antwoorden op moeten formuleren. In zijn oratie belicht Van Boom een aantal van de uitdagingen die rechtswetenschappers "en dus ook privaatrechtswetenschappers" te wachten staan, bijvoorbeeld bij het verder verbeteren van de manier waarop zij kwaliteit van onderzoek meten

In recent years, there has been a growing interest in the legal aspects of mass torts in Europe. This volume offers both a review of real-life cases of mass tort in Europe and an in-depth reflection on the broader implications of mass tort law. Thus, the challenges posed by mass torts are explored, mapped and analysed.

Tort law interacts strongly with public regulation. Is the breach of a statutory duty in itself a sufficient basis for liability? Does the fact that some acts are allowed by a permit issued by public agencies exempt them from liability altogether? These questions and similar problems on the borderline between tort and regulatory law serve as a basis for in-depth analyses by several scholars specialized in this field. This book thus systematically analyses the interaction of administrative law and tort law. The focus is mainly on safety regulations and provisions aimed at environmental protection. This publication contains reports from 9 countries of the European Union, from Norway, Switzerland and the USA, three special reports from the perspectives of administrative and regulatory law and of the insurance as well as an economic analysis. The results are summarised in a comparative report, followed by conclusions.

Dit liber amicorum is gemaakt voor Carel Stolker. De bijdragen aan dit boek proberen recht te doen aan de verschillende facetten van de carrière en de persona van Carel Stolker, aan zijn bijdrage als wetenschapper in het privaatrecht en gezondheidsrecht, als academisch bestuurder en als belangrijke stem in het debat over de rol van de wetenschap en de universiteit in onze maatschappij.