Search results

De westerse wereld verkeert in een impasse. Er zijn crises op het gebied van de economie en het milieu. Toenemende mondiale competitie zet de westerse hegemonie onder druk terwijl de schaarste aan grondstoffen snel groter wordt. Er leeft zowel een gevoel van richtingloosheid als het idee op een doodlopende weg te zijn beland. Eenzijdig inzetten op economische groei om deze problemen en gevoelens aan te pakken blijkt achterhaald. Ook duurzame ontwikkeling als strategie is ontoereikend. In dit boek zet de auteur een belangrijke stap naar de oplossing - want die oplossing is er wel degelijk! Hij introduceert een nieuw begrip: welstendigheid. Hierin staat het welzijn van de mens centraal, in het hier en nu en op de lange termijn. Vanuit deze gedachte neemt de auteur ons mee op reis naar een 'nieuwe kijk op groei': een 'Grand Design' voor de 21e eeuw. Hierbij heeft hij het volste vertrouwen in de mens - deze moet zich die 'nieuwe kijk' alleen nog eigen maken. De oplossingen voor de problemen van deze tijd blijken dichterbij te liggen dan menigeen denkt

Om onze toekomst veilig te stellen moet België voluit op het hervormingstraject blijven en moet Europa af van de dwangidee van ?an ever closer union?. Johan Van Overtveldt tekent daarom in dit boek zowel voor België als voor Europa het confederale model uit. Alleen wat we manifest beter samen kunnen aanpakken, doen we ook samen. Een Duitse of een Franse economie beschikt over de omvang om zelfs bij Europees ontij op eigen kracht nog verder te stomen. Voor Vlaanderen en België met hun zeer open economieën ligt dat anders. Wij hebben een goed georganiseerd Europa echt broodnodig. In 'Zijn we het kwijt?' beargumenteert Johan Van Overtveldt dat inzicht mede op basis van zijn ervaringen als federaal minister van Financiën

"The European Union is today a major player in many policy areas, going from classic economic fields as competition policy, agriculture and fisheries policy to new emergent fields as environmental policy, arterial intelligence policy, security and foreign policy and criminal justice policy. These policies comes with an increasing level of EU regulation, having also a substantive impact on the harmonization of national policies and regulations. This expansion of EU competence naturally also places new demands on their enforcement, especially when it comes to investigations with the aim of imposing punitive administrative and/or criminal sanctions. In this expanded version of his valedictory lecture Prof. Vervaele is assessing 1) to what extent the EU and its Member States have a policy on punitive enforcement in the internal market and in the Area of Freedom Security and Justice and 2) how this policy translates into the harmonization of substantive administrative and criminal law and procedural law at the national level and into the elaboration of administrative and judicial cooperation instruments and the setting up of European enforcement agencies. The assessment includes to what extent this policy takes account of the human rights obligations. Vervaele concludes with a plea for a European model for punitive law enforcement with an increased alignment between the administrative enforcement tools in the internal market and the criminal enforcement tools in the Area of Freedom, Security and Justice. In this model the national enforcement authorities are build in under a network cooperation scheme."--